Hoe warm was het écht in De Bilt?” – Over verdwenen hittegolven, thermometerhutten en temperatuurtrends
Er was eens… een pagode in De Bilt
Wat hebben een pagodehut, een thermometer op 2,2 meter hoogte, en het zomerweer van 1947 met elkaar te maken?
Meer dan je denkt.
Afgelopen week dook ik in de data van het KNMI-station in De Bilt – het klimatologische ijkpunt van Nederland sinds 1901. Aanleiding: mijn eigen analyse van het aantal tropische dagen (>30°C) en hittedagen (>35°C) in de afgelopen 124 jaar. Wat blijkt? Er is een duidelijke stijgende trend in het aantal warme dagen. Maar: de historische reeksen zijn in 2016 grondig aangepast. Homogenisatie, noemt het KNMI dat. En dat roept een fundamentele vraag op:
Hoe vergelijkbaar zijn temperaturen van 2024 met die van, zeg, 1947?
Een verdacht warme pagode
Tot 1950 mat het KNMI de temperatuur in een soort open houten hut met piramidedak: de pagode. Daarna stapte men over op de Stevenson-hut, een beter geventileerd, gesloten meetinstrument. Ook verhuisde het meetpunt van een beschutte plek (naast het klooster) naar een opener veld.
En precies daar – in die dubbele overstap – zit het verhaal. Want de pagode was gevoelig voor directe zonnestraling en straalwarmte van nabijgelegen gebouwen. De maximumtemperaturen die toen werden gemeten, bleken systematisch hoger te liggen dan die van de nieuwe opstelling.
De homogenisatie van 2016 heeft deze “kunstmatige warmte” gecorrigeerd: het KNMI paste de oude temperaturen naar beneden aan – in sommige gevallen tot wel 1,9 graden voor de heetste dagen.
Verdwenen hittegolven?
Dat leidde tot ophef. Stichting CLINTEL sprak in 2019 van een “raadsel van de verdwenen hittegolven”. Volgens hun analyse verdwenen er tientallen hittegolven uit de statistiek van vóór 1950 na de correctie. Waren die dan allemaal ‘niet echt’?
Het KNMI antwoordde: nee, niet verdwenen, maar hergewaardeerd. Een hittegolf is namelijk geen absolute temperatuur, maar een drempelgebeurtenis: vijf dagen boven 25°C, waarvan drie boven de 30°C. Als door homogenisatie de derde 30-plusdag ineens op 29,8°C eindigt, verdwijnt de golf.
Technisch klopt dat. Maar het roept wél vragen op over hoe gevoelig ons beeld van klimaatverandering is voor statistische keuzes.
Een stijgende trend – maar hoe steil?
Mijn eigen analyse van de ongecorrigeerde én gehomogeniseerde reeks laat een heldere trend zien:
Tussen 1901–1930 had De Bilt gemiddeld 1,1 tropische dag per jaar
Tussen 1995–2024 waren dat er 4,8 per jaar – een stijging van 326%
Ook bij hittedagen (>35°C) zien we dat bijna alle gevallen zich sinds 2000 voordoen. Dat is geen artefact van homogenisatie, maar een reële opwarming.
Maar zonder correctie van de sprong in 1950 zou de opwarming onderbroken lijken, alsof het rond die tijd ineens koeler werd. Dat zou juist een onderschatting van de trend opleveren.
Dus: is het warmer dan vroeger?
Ja, onmiskenbaar. Maar hoe veel warmer – en met welk verloop – hangt deels af van de manier waarop je meet, corrigeert en vergelijkt.
De discussie over homogenisatie is dus geen ‘klimaatontkenning’, maar juist een poging tot precisie. Het gaat om de geloofwaardigheid van langjarige reeksen waarop beleid, wetenschap en publieke perceptie steunen.
Waarom dit ertoe doet
In een tijd waarin klimaatbeleid miljarden euro’s en maatschappelijke keuzes stuurt, moeten we het hebben over:
Meetstandaarden en correcties
Verantwoorde omgang met onzekerheid
Transparantie in de onderbouwing van trends
Als we willen dat burgers, boeren en bedrijven klimaatmaatregelen vertrouwen, dan begint dat bij begrijpelijke, uitlegbare klimaatdata. En ja, dat betekent ook: uitleggen waarom we soms oude hittegolven moeten schrappen.
Slotvraag
Hoe kijken we over vijftig jaar terug op de thermometerreeksen van nu?
Zullen toekomstige onderzoekers onze meetpunten homogeniseren omdat ze te dicht bij zonnepanelen stonden? Of omdat de schaduw van een windmolen net iets te veel invloed had?
Eén ding is zeker: meten is weten. Maar corrigeren is interpreteren. En dát vraagt om openheid en discussie – niet alleen binnen het KNMI, maar ook in de samenleving.
Meer lezen?
Laat je reactie achter hieronder – en deel deze Substack met mensen die denken dat cijfers neutraal zijn (of juist niet).